fbpx
/>

Sinds 1 januari 2018 genieten dividenden van een gedeeltelijke vrijstelling in de personenbelasting.

Dit betekent dat een natuurlijk persoon een deel van de ingehouden roerende voorheffing kan terugvorderen die werd ingehouden aan de bron. Wat betreft inkomstenjaar 2018 bedraagt het terug te vorderen bedrag 30% op een schijf van € 640, zijnde een fiscaal voordeel van € 192.

Dit bedrag werd geïndexeerd voor het inkomstenjaar 2019 en sindsdien bedraagt de vrijstellingsdrempel € 800. Het fiscaal voordeel werd behouden op 30% en bedraagt aldus € 240.

Om de vrijstelling te kunnen genieten dient de belastingplichtige deze aan te vragen via de aangifte personenbelasting. Banken zijn echter niet van plan een fiscaal attest te voorzien voor de ontvangen dividenden en de ingehouden roerende voorheffing. Het is dus aan te raden uw rekeninguittreksels goed te bewaren zodat deze als bewijs kunnen dienen voor de Administratie.

 

Aangifte personenbelasting in de praktijk

De belastingplichtige moet de belastingvermindering voor de roerende voorheffing betaald op dividenden aanvragen via de aangifte personenbelasting.

Voor aanslagjaar 2019 volstaat het de ingehouden roerende voorheffing te vermelden in vak VII, code 1437/2437 met een maximum van € 192.
 

 

Chloé Masse – Juriste bij Pareto